Na een inactiviteit van drie zondagen kan ik mijn clubkampioenschap wel op de inmiddels iets ronder geworden buik schrijven. Dan gaat een mens in het belang van de wtc al eens op prospectie naar het onherbergzame Slovakije, worden al mijn risico’s die ik daar heb gelopen niet omgezet in “bollekes” op de rittenlijst. Met nog amper vier officiële ritten te gaan, zie ik André en Kristof, beiden nog geen enkele rit gemist, geen drie ritten verzaken. Bijgevolg worden mijn tomeloze ambities om eenmalig in mijn wielercarrière te schitteren op het hoogste schavot van de wtc, diep terug in de ingemaakte kast geborgen.
Maar mijn motivatie is daarom zeker niet verminderd. Het moet waarschijnlijk al de ronde hebben gedaan bij de andere leden dat ik terug was, want er waren bij de start plots veel meer deelnemers opgedaagd dan de voorbije weken. Met een veertiental verschenen zij netjes op tijd, de ene al wat meer gebronzeerder dan de andere. Bij het slagen van het half uur op de kerkklok bleek dat niemand een rit had voorbereid. Omdat er deze morgen een kater mee reed op mijn koersmachine, veinsde ik dat alleen de eerder gereden rit, “ De Kalkense Meersen” nog op mijn gps beschikbaar was. Freddy vond deze rit ook onmiddellijk een goed idee, tot grote teleurstelling van berggeiten als Johan, Kris Lelie en Peter. Dit afgetraind drietal, waarvan het enige vetpercentage in hun lichaam bestaat uit de zonnecrème op hun benen, doet niets liever dan de zwaartekracht te tarten en zo veel en zo steil mogelijk bergop te rijden. Ze moeten dat ook maar eens proberen met ne kater van tien kilo op de rug. Soit, iedereen geloofde dus dat alle heuveletappes van mijn gps waren gewist en zonder veel gemor werd het startschot gegeven.
Om ook onze vlieggewichten toch wat ter wille te zijn, stak ik nog rap de Heidebosstraat in het parcours. Gekreun van genot steeg uit de mond van menig mager wtc’er op, bij de beklimming van de vroegere Eikestraat. Buiten de Wiezebrug zouden er de eerste vijftig kilometers geen bergen van betekenis meer opdagen.
De eerste keer dat we deze rit reden was in het begin van het seizoen en dwarrelden er sneeuwvlokken uit de toen ijskoude hemel. Hoewel er eveneens donkere wolken zich hadden samengepakt, zouden we het droog houden. Maar ondanks het vlakke, droge parcours was het hoofdzaak om geconcentreerd te blijven, want op de macadambaan naast de Kalkensevaart waren de betonplaten hier en daar vervaarlijk gebarsten of omhoog gekomen. Jos, die op kop reed en dus wel degelijk zicht had op de hindernissen, sloeg naast een gat in den beton ook al een gat in het peloton. Wij bouwden liever wat veiligheidsmarge in dan dat we tegen den tarmac zouden smakken. Maar uiteindelijk raakte iedereen hier nog vrij goed door. Kort erna echter had Wendy toch ergens een stuk glas gevonden en reed ze er met chirurgische precisie vlak in. Kris, haar immer meelevende en zorgzame echtgenoot, maakte haar met de nodige tact en fluwelen handschoenen duidelijk, dat ze misschien wat minder moest uitleggen en wat meer moest zien waar ze reed. Wendy weet echter haar onheil aan de goedkope binnenbanden, die ons geheel gratis en voor niks, door de wederom afwezige president ter beschikking worden gesteld. Maar vele handen maken licht werk en de ronde rubber werd in no-time geramplaceerd.
Dat de gemeenteraadsverkiezingen met rasse schreden naderen, en er geen dorp te passeren valt waar er niet op vijf verschillende plaatsen aan wegenwerken wordt gedaan, mochten we vandaag meermaals ondervinden. Afgeschraapt asfalt, aangestampte briqaillon, gemalen beton en aangereden grind, noem het op en we zijn er overgereden vandaag. Maar geen enkele van de behendig sturende wtc’ers moest voet, bil of schouder aan de grond zetten. Dan toch nog niet.
Via Wetteren, Serskamp en Lede bereikten we Erpe-Mere waar we in de Honegemstraat nog maar eens midden een drukke garageverkoop terecht kwamen. En garageverkoop betekent dat er tamme wratten met hun auto van garage naar garage rijden en daar waar ze denken iets koopwaardigs te hebben gezien, op de rem gaan staan, terwijl ze alle verkeersregels aan hun luie laars lappen en blijven staan waar ze het peizen. Dat een resem zwakke weggebruikers daardoor ook vol in de remmen moet om niet frontaal op een spookrijdende koopjesjager te botsen, zal hun worst wezen, als ze maar de bevlekte editie van de Playboy van maart 1985 voor twee euro op de kop kunnen tikken.
Maar dat we al eens door een garageverkoop of rommelmarkt fietsen zet sommige van onze leden ook al aan tot koopwoede. Peter had in zijn ooghoek in de garage rechts van de baan het ultieme koopje zien liggen. In zijn haast om er als eerste bij te zijn, was hij vergeten dat hij zijn klikpedalen nog aanhad. Gevolg: onzachte landing op den trottoir. Meteen werd er door passanten zwaar geboden op zijn koersfiets. Maar een wtc’er laat zich niet uit het lood slaan door een kleine buiteling. Alras besteeg hij zijn bolide en zetten wij onze zegetocht verder. Bij het uitrijden van de Sint-Apolloniastraat draaide echter een wielertoerist op speed nogal onvervaard de smalle straat in. De Jos, die op dat moment nogal vrij ver naar links reed, maakte zich al klaar voor een innige en onzachte omhelzing met zijn opponent. Gelukkig reageerden zij beiden in een fractie van een seconde en scheerden zij naast elkaar. Ge kon er geen sigarettenblaadje meer tussen schuiven. Daar waren we weer goed weggekomen, allez, Jos dan toch.
Via Hofstade, den Tragel en de Bredestraat bereikten wij Kattenbroek in Moorsel. Niemand had een gesneden brood nodig dat ons door Bakker Bellekes in zijn broodautomaat werd aangeboden. Had Johan Museeuw in zijn goeien tijd hier gepasseerd, hij had gans de automaat leeggekocht.
De obligate klim van de Affligemdreef maakte kort daarna duidelijk dat Peter toch wat averij had opgelopen bij zijn val. Als een losgeslagen hengst stoof hij omhoog, echter niet op het fietspad maar op de rijbaan! Een bestuurder in een Citroën Berlingo die Peter niet kon volgen, maakte hem toeterend duidelijk dat hij wat moest vertragen. Ook al bereikte Peter dan als eerste de besneeuwde top, de punten voor de bolletjestrui gaan aan zijn neus voorbij. Wie afwijkt van het officiële parcours in zijn eigen voordeel wordt hier keihard op afgerekend.
Het lokaal werd bereikt met 78 kilometer en 28 km/h gemiddeld op de teller.
Tot volgende week!
El Churto