Door de afwezigheid van onze huiscolumnist, El Churto, kruipt ondergetekende, Los Presidentos, in de spreekwoordelijke pen en probeert hij aan de hielen te komen van onze klasbak schrijver.
Na de acte de présence van de WTC vorig jaar in het landelijke Balegem werden we terug door Jean en Patricia uitgenodigd om de wegen van dit pittoreske dorpje te berijden. 9 leden boden zich bij temperaturen net boven het vriespunt - in mijn geval was de laatste temperatuurmeting om 3u ’s nachts 2,5 graden Celsius - aan op de parking van café De Steenput. Steven en Jos waren beiden al opgewarmd door de fietstocht vanuit Meldert naar Balegem en stonden te trappelen van ongeduld om de rit aan te vangen en zo hun opgewarmde spieren niet te laten afkoelen. Toen wisten ze nog niet dat hun geduld op de proef zou gesteld worden door enkele Balegemenaren die zeker deze rit met de, ondertussen beroemde en beruchte, Faluintjes niet wilden missen. Eens op de parking aangekomen, zag ik Jean nog net zijn koerstruitje van Okra Balegem vervangen door onze flashy blauw-gele uitrusting van weleer. Eens klasbak altijd klasbak.
Stilaan kwamen de copains van Jean toe. Eerst een enkeling, Freddy 54, genaamd. Deze 64-jarige klasbak reed met een verzet van in de tijd dat men tegen een verzet nog geen verzet zei, maar een bijl. Vandaar zijn naam Freddy 54, verwijzend naar zijn naam en het bijl waarmee hij heel de rit zou afmalen. Nadien kwamen er nog 3 vaders bij die hun jonge zonen, 2 beloftevolle nieuwelingen, hadden meegenomen om de klasbakken van de WTC te bewonderen. Iedereen klaar om te starten? Blijkbaar niet. Na menig telefoontje moesten we nog wachten op één iemand. Ondertussen stond de grote wijzer van de klok bijna op 8. Plots, in de verte, zagen we een atletische corpus opduiken. Wie bleek onze laatkomer te zijn? Niemand minder dan Benny “De Boosere”. De man die ons vorig jaar rond de donkere wolken heen stuurde en ons als bij wonder droge schoenen en een droog achterwerk bezorgde. Plots gingen er vele regenvestjes terug naar de kofferbak van de auto, want met deze navigator in ons midden zouden we het zeker en vast droog houden.
Na 10 km hoorden we plots een schreeuw om aandacht. Wat niemand ooit voor mogelijk hield, gebeurde in het midden van het peloton. Onze bandenprins: plat. Op de tijd dat er iemand zijn gsm kon nemen om deze bandenwissel te filmen, lag zijn rubber al op de velg en was hij zijnen boel al terug aan het opruimen. We zullen voor onzen tombola op ons eetfestijn duidelijk iemand anders moeten filmen voor een bandenwissel want zelfs wanneer men de video vertraagt zou afspelen, is dit nog te snel voor het menselijke oog. Jean zette zich terug op kop van het peloton maar vond niet direct zijn wingman. Benny had van dit oponthoud even gebruik gemaakt om naar het KMI te bellen. Donkere, onheilspellende wolken dreigden immers aan de hemel. Toen ik ging informeren over de buien trok hij een bedenkelijk gezicht en antwoordde hij “ ’t zal op schefferen af zijn ”.
Jean en Benny leidden ons via de zijkant van de Berendries, de achterkant van de Leberg, de onderzijde van de Haaghoek en de bovenkant van de Edelareberg naar Oudenaarde. Onderweg hadden beide heren wel nog een kleine discussie, aanvaring met een vrouwelijke seingever van een, volgens Jean, zware koers voor beloften en elite zonder contract. Van Oudenaarde zou het naast het water richting Ghelamco arena gaan. Tot nu toe hielden we het nog droog. Enkel opspattend water van de verzadigde beton- en asfaltwegen gaven ons een nat gevoel. Tijdens de algemene sanitaire pitstop, waarbij zelfs Carine de bosjes indook, aten we de zelfgebakken rijsttaartjes van Patricia, die deze vlug nog in onze achterzak had gestopt, met veel smaak op. Tijdens het slalommen tussen takken, stronken, knotsen,… kregen we met z’n allen een steen-doop. Eerst dachten we met z’n allen dat het hagel was, maar achteraf bleken dit de nierstenen van Jean te zijn die hij tijdens de sanitaire stop had uit gepist en had verzameld in zijnen ondertussen lege achterzak. Kwestie van nadien zijn weg terug te vinden zeker? Deze hagelbui duurde echter niet lang en eens we over de brug richting Merelbeke reden, kwam zelfs de zon te voorschijn. Van hier ging het met de wind in de rug richting Balegem. Peter, de jongste van de vandaag aanwezige WTC’ers, kon het zich niet laten en reed de laatste 20 km naast onze wegkapitein. Soms met een lichte duw aan de achterkant van Jean en met de bezorgde woorden: “Jean, gaat het nog?”. Waarop deze laatste telkens eerst naar mij keek om daarna zijn beklag te doen.
Na 71 km en een gemiddelde van 26,5 kwamen we terug aan café De Steenput. Hier konden we ons verwarmen aan de stoof en de Orval die de sympathieke waard en waardin ons inschonken. Ondertussen stond Patricia in de potten te roeren van haar zelf gemaakte vol-au-vent. Voor de personen die niet bleven eten, had zij zelfs een potje, lees, emmer klaargemaakt om mee te nemen. De eerste take-a-way in Balegem was een feit. Jean, ondertussen ook al retro, was vlug naar huis gereden om fier zijn - net in elkaar gestoken - retro Bianchi fiets te halen en ons te tonen. Nu hebben ze voor die kleur een mooie naam gezocht en gevonden, celeste. In feite is dit afgeschenen lichtblauw, maar bon. Toen deze stalen ros de arena werd binnengereden, sprong de waard als een volwaardige hoogspringer vanachter zijn toog om dit gedrocht eens van dichtbij te bekijken. “’t Is genen originelen”, wijzend op de 10 kronen die op het achterwiel staken. Ik zal eens nen originelen gaan halen, waren zijn laatste woorden vooraleer hij achter de coulissen verdween. Na 60 seconden stond de man er terug met een blauwe Gios Torino met een 5-steek achteraan. Dit was de fiets waarmee hij 1 van zijn 3 ronden van Frankrijk had uitgereden. Terug nen klasbak.
We deden ons te goed aan friet met vol-au-vent dat blijkbaar klaargemaakt was voor een heel vreemdelingenlegioen. Op de vraag of er ook dessert voorzien was, kwam Patricia terug met eten voor de pinne. Jawadde. De waard kon het gezelschap van de WTC’ers zo appreciëren dat hij ons een rondje van het huis aanbood. Veel keuze hadden we niet. Het was een Orval van 7 jaar of een Orval van 2012 !! Zelfs de Jean had deze nectar nog niet mogen drinken van deze voormalige sportdirecteur.
Freddy 54 - u weet wel - de man met het bijl, was zo onder de indruk van Patricia haar kookkunsten of was het van haar twee knieën in haar blouse, dat hij wel zeven keer afscheid genomen heeft van haar. Na het ontvangen van een goodiebag namen ook wij afscheid van deze 2 klasbakken die steeds paraat staan om te helpen bij activiteiten van de WTC. Nogmaals bedankt!
Volgende week zijn we er weer met meer, en zal de klasbak van onze columnist terug het verslag schrijven.
Los Presidentos.