The history book on the shelf...

Waterloo, in 1815 het strijdtoneel van één van de beroemdste veldslagen uit de geschiedenis. Napoleon, u weet wel, die mens die zichzelf noemde naar de zure, ronde gele “bollen”, wilde zich ter plaatse onsterfelijk maken door zijn vijanden een klinkende pandoering te geven. U vraagt zich af waarom hij net Waterloo uitkoos om een matchke Stratego te spelen? Wel, ondertussen is uit diepgaand historisch onderzoek gebleken dat hij onvoorwaardelijk fan was van de Zweedse popgroep ABBA. En omdat zijn meest favoriete hit van de groep Waterloo betrof, besliste hij om daar de legers van de Nederlanden en Pruisen van de kaart te vegen. Andere opties die hij in optie nam om er slag te leveren waren : Zoutelande, Op de purpere heide en Rue Des Bouchers. Maar het werd Waterloo, omdat daar namelijk genoeg plaats was om er achteraf een molshoop met een leeuw erop te laten plaatsen.

Omdat één van de motto’s bij de WTC : ”Een gezonde geest in een gezond lichaam”, betreft, durven we al eens een streepje cultuur aan onze fysieke inspanningen te koppelen. Een aantal onder ons, waaronder ondergetekende, kenden de Leeuw van Waterloo echter enkel vanuit de schoolboeken. Zondag 23 juni was dan ook de uitgelezen dag om de langste rit van het seizoen vanuit Meldert aan te vatten. Tijdens vorige seizoenen durfden we al eens Doel aan te doen, deden we al een bedevaart naar Scherpenheuvel en beklommen we al het Hellend Vlak van Ronquière. De lavaloze vulkaan van Waterloo met de bronzen leeuw erop, bezochten wij echter nog nooit. Eén van de mogelijke redenen hiertoe is dat de weg er naartoe niet echt vlak te noemen is. Dat de weersvoorspellingen bovendien temperaturen tot 30 graden aankondigden, konden zestien leden van de WTC niet weerhouden om fris en monter op te duiken, met de survivalpakketten van sandwichen met kaas en frikandellen gerold op naakte vrouwendijen, in de rugzak. Gelukkig was Kris Lelie zo goed om zijn VW Transporter als volgauto in te richten. Samen met de Robbe zou hij de rest van de rit zorgen voor vocht en versnaperingen. Waarvoor onze dank.

Gelukkig had parcoursbouwer Jo in zijn voorafgaande mail gemeld dat er wel wat hoogtemeters zouden moeten worden overwonnen. Zo kon ik op zaterdagavond en -nacht nog snel een crashdieet volgen op een trouwfeest om zo snel nog wat overbodige kilo’s te verliezen. Tijdens de rit achteraf zou blijken dat Joris ook al eens een crashdieet mag overwegen. De opmerking dat hij de rest van de club uit de zon kon zetten met zijn “beginnend” buikje was weliswaar lichtelijk overdreven.

Op de heenweg naar Waterloo had Jo prachtige landelijke wegen in het parcours gestopt, glooiende landschappen met bloeiende patattenstruiken en welriekend, versgemaaid hooi schoven ons aan hoog tempo voorbij. Dries, die een deadline diende te halen en om 14:00 uur op het schoolfeest van zijn kids moest zijn, probeerde het tempo gestaag op te drijven. Jimmy, ook al met de fysiek van een rondecoureur ging gretig mee in Dries zijn spelletje. ’t Was pas als ze beiden eens goed aan de oren werden getrokken dat ze de voet van het gaspedaal haalden. Gelukkig, want de helling net voorbij het Kasteel van Beersel, hakte er al flink in bij die hitte. Eens in Waterloo had Jo een verrassing voor ons. Wij reden namelijk over dezelfde wegen als diegene die het Tourpeloton gaan volgen bij de Grand Départ. Het bleek wel dat de lokale bevolking niet echt fietsminnend was, want als wij er drie fietsers zijn tegengekomen waren er dan nog twee bij op een speedpedelec. Vermoedelijk zorgt het lokale reliëf ervoor dat de bewoners er zelfs hun auto pakken om de post uit hun brievenbus te halen. Het duurde dan ook tot de lange kasseistrook richting Leeuw dat wij op enig respect van de toeschouwers konden rekenen. Op de “omhooggevrozen” kasseistrook durfden twee dure Porschebolides het aan om hun karterplaat te laten schuren over de rug van de kasseien. Een aantal van onze leden verloren al snel voeling met de kopgroep op deze lange strook natuursteen. Gelukkig doemde de borstvergroting met Leeuw als tepel aan het einde van de strook op. Hier werden de troepen verzameld, de wonden gelikt en het stof van de uitrusting geklopt. Kris en Robbe stonden ons al toe te wuiven en na de groepsfoto’s aan de voet van de Puist Van Waterloo, versterkten wij nog snel de innerlijke coureur. Op lange ritten in het verleden, werd de boterham genuttigd op een gezellig terras. Nu noopten de spaarzaamheid van de President en de tijdsdruk van sommige leden ons ertoe dat wij rechtstaand bij de camionette ons bokes moesten binnenspelen. De sandwich was amper doorgeslikt of we konden al terug in het zadel.

De terugweg zou via een stuk van het kanaal Brussel-Charleroi lopen. Niemand van ons was er rouwig om dat wij even vlakke macadam onder de wielen kregen geschoven. Toen we in de buurt van Brouwerij Boon arriveerden, hoopten velen al op een tussenstop met een dorstlessende Geuze of Kriek. Ook hier hield El Capitan de vinger op de knip en denderden wij verder, de zoutkringen afgetekend op onze zwarte tenues. Enkel raspaardje Jean leek geen last te hebben van de hitte en de hellingen. Als jonggepensioneerde die al eens dag en nacht durft te trainen, had hij al hetere waters doorzwommen. Zijn motor draait onophoudelijk met Orval als brandstof, en menig jongere WTC’er wierp hem dan ook al eens een jaloerse blik toe.

In de buurt van Hekelgem werd de Jean vanuit een auto toegeschreeuwd door een dame op leeftijd, die duidelijk last had van een hormonenpiek. Hij herkende meteen Lily of Tily, de moeder van ex-renner Dirk De Wolf. De President bleek haar echter niet te herkennen met haar kleren aan. Ja, de Jean ligt dan ook in de bovenste schuif van de vrouwtjes. Hij zou bij aankomst, na het nuttigen van twee Orvals, nog naar Balegem fietsen. Steven breidde ook nog een lus aan onze 115 km en degradeerde daarmee de rest tot zondagcoureurkes. Op het terras van het lokaal werd ook nog gediscussieerd over de verschijning van de Jos in het gezelschap van Wout Van Aert aan de voet van de Mont Ventoux. Voor wie van beiden het nu een eer was om met de andere op de foto te mogen staan, daar waren we na een uurtje nog niet uit.

Moe maar voldaan keken wij al uit naar het avontuur dat ons volgende week te wachten staat.

El Churto