Laatste weekend van de maand juli staat bekend in onze Faluintjesstreek als het weekend van de Pikkeling. Na maanden voorbereidend werk van de landbouwer, komt het hoogtepunt, dat jaarlijks gevierd wordt op het pikkelingfeest: de oogst. Met pik en haak worden de graanhalmen gemaaid per schoof. De ongebonden schoven worden zorgvuldig neergelegd. De neerliggende halmen is in oorsprong een “Pikkeling”. Hierna – meestal gebeurt dit door de vrouwen – worden deze schoven vastgebonden. Dit gebeurt met een handgreep strohalmen, die in het midden van de schoof vastgesnoerd worden. Dan worden de schoven rechtgezet zodat deze nog een paar dagen kunnen drogen. Onnodig te zeggen dat ik dit klakkeloos heb overgeschreven van een bestaand artikel. Komt hierbij ook nog dat een aantal dansgroepen uit heel de wereld onze streek komt opzoeken om hun traditionele dansen aan ons te tonen. Het verbaast dan ook geen enkel lid van ons clubken dat ze tijdens hun doordeweekse trainingen eens moeten stoppen om handtekeningen uit te delen aan Puertoricanen, Zuidafrikanen, Brazilianen en zelfs Indianen. Jammer genoeg viel op zaterdag de regen met emmers uit de lucht waardoor dit folkloristische oogstfeest omgedoopt werd in een volk-loos oogstfeest. Laat ons hopen dat het voor zondag beter wordt. Voor de organisatie van de Pikkeling, maar ook voor ons.
Zondag 28 juli zal ook de Tour de France-geschiedenisboeken ingaan als de dag waarop een 22-jarige Colombiaanse renner, Egan Bernal, deze ronde wint. Maar lang voor er sprake was van deze Egan, was zijn neef al bekend onder menig fuifbeest onder ons. Jody Bernal. Want geef nu toe, wie van ons heeft nog niet met beide wijsvingers in de lucht op deze wereldhit “que si que no” meegedanst? Zelfs Freddy zou zich hieraan al gewaagd hebben. En over deze laatste gesproken. Freddy, ons op één na oudste lid van de zwarte brigade, moest vandaag forfait geven voor onze rit naar Waasmunster. Reden? Jicht in zijnen dikken teen. Begrijpe wie kan. Freddy, die zijn laatste pint gedronken heeft op het communiefeest van Kris DB, die vet-arm eet, die spa drinkt met de vleet, die ons elke week nog verbaat en die nog uierzalf strijkt aan zijn reet, moest met pijn in het hart, toen de klok 8u30 sloeg, thuis blijven. Ik ken mannen die voor minder terug zouden beginnen drinken.
Wie vandaag ook niet snel genoeg kon vertrekken was André. De nagalm van de klokkentoren van Meldert was nog niet uitgedijd of André zat al klikvast in zijn pedalen. Zijn grootste concurrent voor het clubklassement was er niet. Steven, onze randonneur, was blijkbaar nog niet terug van onze rit naar het scoutskamp. Zou Jo dan toch gelijk gekregen hebben toen hij bij de terugweg in de auto zei: “kijk eens naar de windmolens, ze zijn 180 graden gedraaid. De Steven is nog niet thuis.”
De hittegolf, het weinig slapen en de weinige trainingskilometers van de voorbije week, zorgden ervoor dat er negen leden aan de start stonden voor de rit naar Waasmunster. Toen zelfs Kurt, onze befaamde rittenbouwer, niet aan de start stond, hadden we het eigenlijk al moeten weten. Booby-traps on the way. Blijkbaar had Kurt het vorige week zo zwaar te verduren gekregen over de bouw van het parcours, dat hij deze zondag zelfs niet de moed vond om zijn tenueken aan te trekken.
Dus wij op weg. Van Meldert ging het richting Lebbeke, vandaar richting Vlassenbroek, waar we een eerste keer ons moesten draaien. Keere neki weere. Op de splitsing tussen de N446 en de Rodendries gaf ons gps-toestel precies een rond punt weer. Enkel was er in de verste verte geen bouwconstructie als deze te zien. Aangegeven straat ingereden waarbij we na een aantal meter de melding kregen, uit koers. Keere neki weere. Toen we onze negen hoofden eens bij elkaar gestoken hadden, kwamen we tot de conclusie dat we op dit punt na een aantal kilometers terug gingen passeren. Kurt wou ons blijkbaar de residentiele wijken van Waasmunster tonen. De Hollandse Molenwijk is dan ook een aanrader om eens door te fietsen. Terug richting de N446 via, hoe kan het ook anders, een gravelbaantje. Weg spatvrije carbonnen fietskader. Richting Hert, waar we ons door wegenwerken terug eens moesten draaien, ging het richting Sint Anna. Voordeel van dit telkens, keere nike weere, was dat je zo telkens van kop afkwam. De wind en miezelregen begon immers zijn tol te eisen in ons kleine peloton. Van Sint Anna ging het richting costa Zela, vandaar naar den Boonwijk.
Kurt had deze rit gemaakt bij temperaturen van boven de 39° en wou deze dan ook beëindigen in een pop-up beachbar in Moorsel, de Loereman genaamd. Deze naam komt blijkbaar uit een ver verleden. Toen in Meldert het café Troikes Jeanne nog open was, moesten alle aanwezige mannelijke gasten hun overvolle blaas ledigen in een dakgoot die aan de muur gevezen was van de zogenaamde sanitairen blok. Wanneer je dan met meerdere mannen, broederlijk naast elkaar stond, werd er al eens links of recht door de ooghoeken gekeken naar het wapen waarmee de andere ten oorlog trok. Zo werd er af en toe eens gezegd, ge moet ni loere man. Blijkbaar houdt een kleinzoon van Troikes Jeanne deze aan de Leirekensroute gevestigde bar open en heeft hij dit meegenomen vanuit zijn kindertijd. Nu zijn dergelijke taferelen niet meer mogelijk en zijn de piscines telkens apart en afgescheiden door een houten paneel waardoor je niet meer kan loeren. Maar doordat de temperaturen met meer dan 20 graden gezakt waren, besloten we om deze bar een andere keer onveilig te maken en ons te gaan verwarmen aan de zachte borst van onze favoriete ba(a)rmoeder Ingrid. Ingrid verwelkomde ons in een roze t-shirt met de letters R S C A op , waarbij de letters R en A in een groter formaat waren geborduurd. Of was dit gezichtsbedrog?
Na het eerste pintje-Pascal, bestelde André prompt een Duvel. Vond hij dat het tijd was om zijn nakende clubkampioenschap al te vieren, of wou hij bewijzen dat hij zich dopeert aan hetzelfde gerstenat als de meeste onder ons en dat hij niet aan de puffers hangt zoals in vorig verslag werd gëinsinueerd? Wie zal het zeggen?
In ieder geval, tijdens de rit van 89 km, U leest het goed 89 km, werd het stuur stevig onderaan in de beugel genomen om aan een gemiddelde van 27,4 km/h te geraken.
En zoals de neefjes Bernal het zouden zeggen: La próxima semana volveremos con más.
Groeten,
The chairman.
Photo by Robert Wiedemann on Unsplash